Hetzelfde strand, vijf jaar later

strand1-225x300‘Is de lucht nu zo helder, of ligt het aan mij?’ Het uitkijkpunt bij Kijkduin, gisteren aan het eind van de ochtend. Het was druk op dat punt, en overal op het strand aan onze voeten. Alsof het een mooie nazomerdag was. Dat had niets met mij te maken. We zijn vaker in november op die plek geweest en meestal was het dan bewolkt. Bewolkt, druilerig en stil. Al schijnt in mijn herinnering aan de eerste keer dat we samen op dat punt stonden, na een wandeling over het strand vanaf Hoek van Holland, vijf jaar geleden, altijd de zon.

Erwin en ik kenden elkaar toen nog nauwelijks. Na onze nachtelijke kennismaking een paar weken eerder, waren we één keer samen uit geweest. Met een mengeling van blijdschap en verdriet fietste ik daarna naar huis. Blijdschap, want het was leuk geweest. Verdriet want, tja, da’s lastiger. Waarschijnlijk had dat te maken met de teleurstelling die in die tijd meestal op dat soort blijdschap volgde. Liefdesrelaties wilden mij tot dan toe, dus tot diep in mijn dertiger jaren, maar niet lukken. Vind het flauw klinken maar zeg het toch: komt vaker voor, weet ik nu, bij AD(H)D’ers. Om bij mezelf te blijven: ik vond het leven jarenlang een stuk gemakkelijker in mijn eentje dan samen. Al was ik het alleen-zijn vijf jaar terug ook alweer jaren zat.

We hadden om een uur of tien afgesproken, de dag van die eerste strandwandeling, in de trein uit Erwins toenmalige thuisstad naar Den Haag. Een onmogelijk tijdstip, vond ik eigenlijk. Het was dat ik de afspraak heel graag tot een succes wilde maken, dat ik ruim op tijd was. Tot mijn verbazing was Erwin niet alleen op tijd, maar ook nog eens goed voorbereid. Hij had eten en drinken bij zich voor onderweg. Hij had niet eens hoeven haasten… Ik kon daar nauwelijks bij.

Gisteren liepen we dezelfde etappe als vijf jaar geleden in omgekeerde richting. Terwijl we door het zand stapten, minder zenuwachtig, rustiger ook, met een feestelijk gevoel van ‘vijf  jaar alweer, wat een tijd’, zag ik beelden van hoe mijn leven er tot onze ontmoeting uitzag. Ik werkte destijds in een gedeeld kantoor buitenshuis, waar ik soms als eerste binnenkwam en vaak als laatste vertrok. Anders dan in mijn begintijd als freelance journalist, hield ik mijn weekenden meestal vrij. Maar in plaats van aan ontspanning en leuke dingen, gingen ze vrijwel altijd op aan bijslapen, huishouden en de krant lezen. Tot mijn frustratie, leek dat allemaal zinloos. Ik kreeg ik mijn huis nooit aan kant, vaak lukte het me niet om boodschappen te doen voordat de buurtsuper zaterdags om 17 uur dichtging, bleef met krantenlezen bij het vierde of vijfde artikel steken. Alleen als ik vantevoren met iemand afgesproken had, kwam ik ertoe om andere dingen te ondernemen. En alleen als ik ergens over schrijven ‘moest’ las ik daarover alles wat los en vast zat. Ook dat past prima in het AD(H)D-beeld. Of was het gewoon een kwestie van weinig structuur in mijn leven?

De eerste keren dat ik met Erwin afsprak, schrok ik ervan hoe vanzelfsprekend het voor hem was om ’s avonds na het werk of in het weekend overdag, fit genoeg te zijn om dingen te ondernemen. Hij hield me in die zin een spiegel voor: ik zag hoe moe ik zelf was. En dat in een periode waarin ik me voor mijn doen juist goed voelde.

Met de maanden en jaren werd ik fitter en werd mijn, inmiddels ons, huis opgeruimder. Beide heeft veel met Erwin te maken. Samen voel ik me niet alleen beter, de liefde houdt me ook bij de les. Waar ik in mijn eentje regelmatig nachten doorwerkte en daardoor dagen achtereen in een roes leefde, wil ik nu fit zijn. Al is het maar omdat ik bang ben dat Erwin anders snel genoeg van me krijgt. Het huishouden blijft voor mij bijzaak. Maar als ik foto’s zie van hoe het was begrijp ik niet hoe ik destijds thuis overleefde.

Niet alleen de lucht was helderder, gisteren langs het strand, maar ook mijn hoofd. Eerlijk gezegd valt dat me vrijwel altijd op de laatste jaren, als ik ergens kom waar ik een poos niet ben geweest: elke keer zie ik de wereld scherper. Ik zie, ruik, proef, hoor en voel meer. De liefde en zen doen hun werk. Het zand was gisteren ruller dan ik me van andere wandelingen herinnerde, lopen was af en toe zwaar. Ik mopper vaak dat ik moe ben, zou graag nog veel fitter zijn. Desondanks waren we allebei een beetje verbaasd toen, even na zonsondergang, de eerste strandtenten van Hoek van Holland in beeld kwamen. ‘Weet je nog hoe moe we waren, vijf jaar geleden?’ Net als toen, begonnen er vlak voor de eindstreep regendruppels te vallen. Op het klimaat hebben wij geen invloed. Op elkaar des te meer.

Stok achter de deur van vandaag: Marlijn Wesseling. Dank je, Marlijn!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *